Nederlanders oordelen onveranderd positief over het functioneren van de gezondheidszorg. Bijna de helft van de Nederlanders geeft aan dat het gezondheidszorgsysteem in grote lijnen goed werkt. Bijna zeventig procent van de Nederlanders beoordeelt de huisartsenzorg als ‘uitstekend’ of ‘zeer goed’. Slechts vijf procent meent dat het systeem helemaal opnieuw moet worden ingericht. Dit percentage lag in 2007 nog op negen procent.
Dat blijkt uit de achtste International Health Policy (IHP) Survey van de Commonwealth Fund, die door IQ healthcare van het Radboudumc in Nijmegen is uitgevoerd.
Communiceren met de huisarts
Mensen vinden het steeds belangrijker dat ze actief mee kunnen praten over de zorg die ze ontvangen. Rond de zestig procent van de deelnemers heeft positieve ervaringen met de huisarts op dit punt. Zo geeft bijna tweederde van de ondervraagden met een vaste huisarts of vaste huisartspraktijk aan dat de huisarts hen altijd betrekt bij het nemen van beslissingen over zorg en behandeling. Hetzelfde percentage vindt dat de huisarts zaken op een begrijpelijke manier uitlegt. Een opvallende stijging is te zien in het communiceren via e-mail met de huisarts: negentien procent geeft aan dit in de afgelopen twee jaar te hebben gedaan. Vergeleken met 2010 praten patiënten in 2013 veel vaker met hun huisarts over voeding en beweging. De percentages zijn vaak verdubbeld. Alleen voor patiënten met diabetes zijn de percentages tussen 2010 en 2013 stabiel gebleven. Net als in voorgaande jaren, blijft het gebruik van zorg in Nederland op een laag niveau.
Patiëntenparticipatie kan beter
Inspanningen om de patiënt een actieve rol te geven in zijn eigen ziekteproces, zou er ook toe moeten leiden dat patiënten het gevoel hebben controle te hebben over hun ziekte. Op dat vlak scoort Nederland minder goed. Vooral Nederlandse deelnemers met diabetes voelen zich onzeker over hun gezondheidsprobleem en hoe ze daar mee om moeten gaan: 58 procent van de patiënten heeft er vertrouwen in dat hij zijn gezondheidsprobleem onder controle heeft. In de meeste landen ligt dit percentage boven de tachtig procent. Onder patiënten met een matige of slechte gezondheid daalt het percentage patiënten dat het gevoel heeft de ziekte onder controle te hebben zelfs tot veertig procent.
Cholesterolmetingen niet opgemerkt
Nederlandse respondenten met diabetes, hartfalen, hypertensie en/of een verhoogd cholesterol geven minder vaak aan secundaire preventieve zorg te ontvangen in de huisartsenpraktijk om de gevolgen van de ziekte te monitoren, in vergelijking met respondenten uit de andere deelnemende landen. Zo ervaart 24 procent van de Nederlandse respondenten met diabetes dat er zowel een cholesterol als bloeddruk controle is geweest in het afgelopen jaar en dat hierbij bovendien de bloeddruk onder controle was; dit percentage ligt in Nieuw Zeeland op 78 procent. Patiënten rapporteren met name dat de cholesterolmeting achter blijft in Nederland (vijftig procent). Omdat de onderzoekers uit registraties in huisartsenpraktijken weten dat de cholesterolmetingen over het algemeen bij meer dan negentig procent van deze patiëntengroep worden uitgevoerd, zou dit erop kunnen wijzen dat patiënten onvoldoende op de hoogte zijn over uitgevoerd onderzoek.
Deelnemers
In totaal namen 20.045 mensen uit 11 landen deel aan dit onderzoek. Duizend Nederlanders, in leeftijd variërend van achttien tot 93 jaar, is gevraagd naar hun ervaringen met de zorg. Naast Nederland, namen Duitsland, Frankrijk, Noorwegen, het Verenigd Koninkrijk, Zweden, Zwitserland, de Verenigde Staten, Canada, Australië en Nieuw Zeeland deel.
Het volledige rapport is vanaf vandaag te downloaden op www.iqhealthcare.nl